12 juni 2017

Kapittel

Zaterdag en zondag waren heerlijke dagen. De Nederlandse en Belgische deelnemers gingen naar huis en de overige kapittelleden zagen ook uit naar twee dagen van rust. Tijd voor elkaar, tijd om onderling te overleggen, tijd om de zusters in Tilburg te bezoeken en tijd om even door Den Bosch te dwalen.

Zondagavond was iedereen weer terug voor het diner. Uitgerust begonnen we aan de tweede week.

Maandagmorgen openden de zusters uit de Filippijnen de bijeenkomst met een korte viering waarin gebed en muziek elkaar afwisselden. Daarna werd teruggekeken naar de voorbije week om vervolgens de discussie over de structuur af te ronden. De congregatie wordt steeds kleiner en de behoefte om de structuur daaraan aan te passen wordt groter. Voorlopig verandert er niets en het nieuwe bestuur zal gaan bekijken of en welke mogelijkheden er zijn die voorzien in die behoefte.

Evenals in de vorige periode vindt het kapittel dat ook in de volgende periode werkbezoeken plaats moeten vinden. Met het lokale bestuur wordt gekeken naar het doel van het bezoek en de onderwerpen die besproken gaan worden. Het zijn waardevolle momenten om contact te hebben met de zusters in alle delen van de congregatie.

Tijdens deze bestuursperiode was er in het vormingsprogramma ruimte om als voorbereiding op de professie voor het leven naar Nederland te komen om van hieruit de voetsporen van Vincent de Paul te volgen in Frankrijk. Nog niet alle geprofeste zusters hebben de kans gehad de Vincentiaanse tocht te maken. Het kapittel is van mening dat de Vincentiaanse pelgrimstocht ook in de toekomst door moet gaan als voorbereiding op de professie voor het leven. Er is een groep geprofeste zusters die deze mogelijkheid ook graag zou krijgen. Omdat het doel van deze pelgrimstocht is het verdiepen van de Vincentiaanse spiritualiteit, zouden bond- en tochtgenoten eventueel kunnen aansluiten.

Luisterend naar de Bergrede aan het einde van de dag, worden we opgeroepen onze geest te openen en ons hoofd leeg te maken, met de bedoeling echt te kunnen zien wat waardevol is, onze medezusters te verstaan en vooral te openen voor de Heilige Geest.